NAH Café Overbetuwe van start in Elst
Heb je Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) of heb je hier als naaste mee te maken? Op dinsdag 29 juni van 10:30-12:00 uur gaat het NAH Café in Elst van start. Stichting Gehandicaptenplatform Overbetuwe (SGO) en Forte Welzijn bundelen hun expertise samen om dit inwonersinitiatief te ondersteunen.
“We bieden laagdrempelige, structurele bijeenkomsten voor mensen met NAH en hun naasten. Tijdens deze bijeenkomsten is er ruimte voor ieders verhaal en om ervaringen te delen. Samen met onze deelnemers bouwen we het café verder uit. En bij voldoende aanmeldingen kunnen we ook in andere kernen aan de slag,” aldus Jeanne Verdijk, bestuurslid SGO en initiatiefnemer.
Herken jezelf in de volgende uitspraken? Misschien is ons NAH Café iets ook iets voor jou.
“Ik voel me alleen, niet iedereen begrijpt wat er aan de hand is of heeft een mening over je”
“Herkenbare ervaringen zoals het omgaan met beperkte energie of slechte visus, last hebben van prikkels zoals lawaai of licht.” “Ik heb een aanloopje nodig om op te starten, heb minder zelfvertrouwen.”
Aangezien de bijeenkomsten klein worden gehouden moet je jezelf aanmelden. De volgende bijeenkomsten voor dit jaar zijn op dinsdag 21 september en 16 november.
Informatie, interesse of aanmelden
Meer informatie of jezelf aanmelden? Dit kan via Saskia Henze, Mantelzorg coördinator Forte Welzijn, email: saskia.henze@fortewelzijn.nl, telefoonnummer 06 – 49 88 10 94 of Jeanne Verdijk, bestuurslid Stichting Gehandicaptenplatform Overbetuwe, via email: sgo.overbetuwe@gmail.com, telefoon 0481 – 376 595.
Vrijwilligers gezocht
Lijkt je het leuk om bijvoorbeeld gastvrouw te zijn bij het NAH Café en heb je ervaring op het gebied van NAH? Neem dan contact op met Saskia of Jeanne.
Niet aangeboren Hersenletsel (NAH)
In Nederland zijn volgens het RIVM 645.900 mensen met NAH. NAH (als gevolg van bijvoorbeeld een hersenbloeding, herseninfarct, tumor of ongeluk) heeft een grote impact op het leven van een getroffene en zijn directe omgeving. Als mensen na behandeling weer in de thuissituatie komen, is er vaak geen direct contact meer met hulpverleners. Vaak ervaren zij dan pas de forse (cognitieve) beperkingen in hun dagelijkse leven. Familieleden en zorgvragers weten niet altijd waar ze met vragen terecht kunnen.